4 keer een loonsanctie voorkomen

In de afgelopen periode hebben we regelmatig een loonsanctie weten te voorkomen voor werkgevers. Bij de WIA-keuring voert het UWV een poortwachterstoets uit om te beoordelen of de werkgever en werknemer hebben voldaan aan de Wet verbetering poortwachter. Als het UWV van mening is dat er re-integratiekansen zijn gemist, krijgt de werkgever een verlenging van de loondoorbetaling bij ziekte van 52 weken, genaamd loonsanctie.

Tijdig de juiste stappen zetten

Het opbouwen van een verzuimdossier bestaat uit verschillende stappen om het dossier goed op te bouwen. Zo moet uiterlijk in week 6 een probleemanalyse worden gemaakt door de bedrijfsarts en binnen 14 dagen daarna moet een plan van aanpak worden opgesteld. Regelmatig moet er contact zijn geweest met de arbodienst om de belastbaarheid van de werknemer in beeld te brengen. Werkgever en werknemer dienen ook regelmatig de stand van zaken te evalueren en dit moet allemaal worden vastgelegd in het verzuimdossier.

Een van de belangrijkste momenten is de eerstejaarsevaluatie, die uiterlijk in week 52 van ziekte opgesteld moet zijn. Het is aan te bevelen dat voorafgaand aan de eerstejaarsevaluatie een lijst met beperkingen is opgesteld door de bedrijfsarts en er een arbeidsdeskundig onderzoek is uitgevoerd. In dit onderzoek wordt vastgesteld of de werknemer zijn eigen werk kan doen, met of zonder aanpassingen aan de werkplek. Is dit niet het geval, dan moet onderzocht worden of de werknemer ander werk binnen het bedrijf kan doen. Als dit ook niet mogelijk is, moet gekeken worden naar passend werk bij een andere werkgever, wat ook wel spoor 2 wordt genoemd. Uiterlijk in week 58 dient het tweede spoor te zijn opgestart.

Blijven evalueren

Na 52 weken is het belangrijk om regelmatig te blijven evalueren en dit vast te leggen in het verzuimdossier. Herstelt de werknemer in het tweede jaar, dan moet er opnieuw onderzocht worden of de werknemer kan terugkeren binnen het bedrijf. Het is van belang dat er ook in het tweede jaar regelmatig overleg plaatsvindt, ook al ligt de focus van de re-integratie volledig op het vinden van passend werk buiten het bedrijf. Als werkgever is het belangrijk om de vinger aan de pols te houden, aangezien de eindverantwoordelijkheid altijd bij de werkgever ligt.

Uiterlijk in week 93 moet de werknemer een WIA-aanvraag doen bij het UWV, waarna het UWV het dossier zal beoordelen. Blijkt uit de beoordeling dat er kansen zijn gemist, dan legt het UWV in een beschikking een loonsanctie op aan de werkgever. Dit betekent dat de loondoorbetaling bij ziekte met 52 weken wordt verlengd. Gedurende deze periode mag de werkgever de werknemer niet ontslaan, en de werknemer mag niet meewerken aan het ontslag. Maar wees gerust, naast het feit dat bezwaar mogelijk is, kan een loonsanctie ook gerepareerd worden. Het UWV geeft namelijk aan welke tekortkomingen er zijn, zodat de werkgever weet wat hij moet doen om deze te herstellen.

Bekortingsverzoek

Als de werkgever van mening is dat hij de loonsanctie heeft gerepareerd, kan hij een bekortingsverzoek indienen. Het UWV moet binnen 3 weken beslissen over het bekortingsverzoek, tenzij het UWV eenmalig 6 weken uitstel heeft gevraagd; in dat geval mag het UWV pas na 9 weken beslissen. Als het UWV niet tijdig beslist, kan er een melding van te late beslissing naar het UWV worden verzonden. Het UWV heeft dan nog 2 weken de tijd om te beslissen. Als het UWV dan nog steeds te laat is, kan de vergoeding voor het te laat beslissen oplopen tot maximaal € 1.442,00.

4 keer voorkomen van loonsancties

Casus 1. Bij een van onze relaties was er sprake van een arbeidsconflict. Wij hebben geadviseerd om tweemaal mediation in te zetten, zodat het niet verweten kon worden dat de werkgever te weinig had gedaan. De werknemer was nog deels aan het werk, maar niet binnen het bedrijf, maar in de tuin van de werkgever. Hierop hebben we een werkplekonderzoek laten uitvoeren om te onderzoeken of de werknemer nog kon terugkeren bij de werkgever, maar dat bleek niet het geval. Aangezien het arbeidsconflict niet was opgelost en de werknemer dit tijdens de WIA-keuring duidelijk had aangegeven bij het UWV, bleek het dossier op orde te zijn en legde het UWV geen loonsanctie op. De werkgever was tevreden over de inzet van Bedrijf Plus.

 

Casus 2. In een andere zaak was ook sprake van een arbeidsconflict en ook hier werd op ons advies twee keer mediation ingezet. Helaas leverde dat geen resultaat op. De werknemer moest re-integreren buiten het bedrijf en was op zoek naar passend werk. Toen de werkgever een vacature plaatste op zijn website, was de werknemer van mening dat hij, ondanks zijn beperkingen, deze functie kon uitvoeren. Hij bagatelliseerde de functie vrijwel volledig en was ervan overtuigd dat hij deze functie kon vervullen. De werkgever had beargumenteerd dat de functie niet passend was, maar de werknemer was niet overtuigd en vroeg een deskundigenoordeel aan bij het UWV. Het UWV gaf in het deskundigenoordeel de werknemer gelijk, maar had geen wederhoor toegepast bij de werkgever. Op basis van de vacature hebben we een werkplekonderzoek laten uitvoeren door een ervaren arbeidsdeskundige, die aantoonde dat de werkplek niet passend was voor de werknemer. Door dit werkplekonderzoek kreeg de werkgever, net als in de vorige zaak, geen loonsanctie.

 

Casus 3. Wij werden ingeschakeld net voordat de werknemer 52 weken ziek was. Er was een lijst met beperkingen opgesteld door de bedrijfsarts, maar de werkgever had nog geen arbeidsdeskundig onderzoek laten uitvoeren. Dit hebben we direct geregeld en vervolgens meteen het tweede spoortraject opgestart, zodat de benodigde stappen tijdig werden gezet. Ook in dit geval werd het dossier door het UWV goedgekeurd en werd er geen loonsanctie opgelegd. Dit had echter heel anders kunnen aflopen als de werkgever te laat het tweede spoor had ingezet, aangezien de werkgever zich niet bewust was van de termijnen.

 

Casus 4. De werkgever heeft te laat het tweede spoor ingezet in het tweede jaar, omdat de werknemer hier niet aan wilde meewerken. De werkgever heeft meerdere gesprekken met de werknemer gevoerd, maar daardoor werd het tweede spoortraject te laat gestart. Nadat Bedrijf Plus werd ingeschakeld, hebben we onderzocht of de werknemer in een andere functie herplaatst kon worden. Dit bleek mogelijk. De werkgever wilde de werknemer graag behouden vanwege zijn expertise en jarenlange ervaring. De werknemer werd herplaatst binnen het bedrijf. Hij kreeg deels een WGA-uitkering en een nieuwe baan met minder uren. Het UWV legde in dit geval geen loonsanctie op, omdat de werknemer maximaal zijn resterende benutbare mogelijkheden binnen de eigen werkgever had ingezet.

 

Krijg jij te maken met een complex verzuimdossier? Schakel dan tijdig ons in en voorkom een hoop extra kosten. Heb je te maken met een loonsanctie? Dan kunnen wij bezwaar maken en beoordelen hoe we de loonsanctie zo snel mogelijk kunnen bekorten. Neem contact met ons op via 073-5217136 of stuur een e-mail naar info@bedrijfplus.nl.